Scheepswrak: LADY ODILE

Naam:

LADY ODILE

Bodemdiepte:
35.00 meter
Bouwjaar:
Gezagvoerder:
JURGEN HANSSON
Lading:
570 TON BOORPIJPEN
Lengte:
56.00 m
Nationaliteit:
ENGELS
Positie:
53-33,4030N 04-17,2280E
Rederij:
ODIEL SHIPPING
Scheepsnaam:
LADY ODILE
Soort schip:
COASTER
Thuishaven:
GIBRALTAR
Tonnage:
478,00 bruto register ton
Vergaan:

In de avond van 21 oktober 1984 tijdens zeer zware storm kapseisde de onder Britse vlag varende coaster LADY ODILE binnen enkele seconden nadat de lading boorpijpen was gaan schuiven. Pas de volgende morgen kwam een reddingsactie tot stand. Er stond een zware storm met windkracht 10 toen het ongeval plaats vond. Het schip was onderweg van Emden naar Peterhead in Schotland. Kapitein Jurgen Hansson had nog kans gezien een noodsein uit te zenden wat helaas niet opgemerkt werd. Ze zagen nog kans een dinghy overboord te zetten die de kapitein nog net kon bereiken maar hij zag geen kans de overige drie bemanningsleden en de zich aan boord bevindende Ingrid Nielsen te bereiken. Hij had nog wel gezien hoe ze zich aan de kiel van het omgeslagen schip vasthielden. De volgende morgen om 7.20 werd de dinghy opgemerkt  door het Poolse schip NICOLAI REJ. De kapitein werd gered en de dinghy liet men drijven. Er werd nog een bericht hiervan doorgegeven aan het Engelse kuststation Radio Dover die dit echter niet doorgaf aan Radio Scheveningen.

Pas toen om 11 uur het Nederlandse schip NOORBETTA de dinghy zag drijven en een paar reddingsvesten van de LADY ODILE kwam er een grote zoekactie op gang door de reddingboot CARLOT, een Sfynx helicopter van de Marine, een Kustwachtvliegtuig en het Engelse marinevaartuig HMS CHALLENGER. De CARLOT vond nog wel een omgeslagen sloep, deze werd gekeerd maar er zat niets in. Korte tijd later werd het lijk van Ingrid Nielsen opgepikt door de Marine helikopter. Ook een tweede slachtoffer werd gezien maar helaas weer uit het oog verloren. Later zijn ook de lijken van de drie overige opvarenden gevonden.

Duiker Jos Hulting uit Blija kreeg het contract voor de berging van de 560 ton boorpijpen (casing-pijpen) die een waarde vertegenwoordigde van 1,4 miljoen Duitse Marken. Hulting verkocht het contract aan Holland Diving uit Maassluis die er na 140 uur duiken in november 1985 de berging van de lading voltooide. Duiker Jan Spruit haalde als laatste het kompas uit het stuurhuis en bracht dit boven water. Bij zijn tweede duik verspeelde hij de sokkel van het kompas en dat spoelde later aan op Terschelling. Nu in het bezit van Albert Flonk, oud-conservator van museum Het Behouden Huys.