In 1998 werd er ten noordwesten van de Vliehors bij Vlieland een wrak ontdekt waarvan aanvankelijk gedacht werd dat het ging om de Terschellinger reddingboot BRANDARIS I die in 1921 in die buurt spoorloos is verdwenen. Later onderzoek naar aanleiding van enkele losse vondsten in het wrak gaven aan dat het ging om een Duitse tweemastschoener, de ELSE KÜHLKE. Op 27 september 1935 kreeg de reddingscommissie op Terschelling bericht van de sleepboot OCEAAN dat er op 4 mijl afstand van de Eijerlandse vuurtoren een tweetal masten boven water uitstak. Het was slecht weer en er stond een hoge deining. De reddingboot BRANDARIS II voer uit en constateerde dat de masten 2 meter boven water uitstaken en dat er van de 6 opvarenden geen spoor werd gevonden. Later spoelden de lijken van de 6 opvarenden aan op Texel en Vlieland. Het bleek dat het schip al twee dagen eerder was vergaan. Het was onderweg van Engeland naar Hamburg en werd onverwacht overvallen door een zomerstorm van ongekende kracht. Boven Vlieland moet de schoener door een extreem hoge zee lek geraakt of gekenterd zijn.

Van het schip is slechts de bodem over. De ijzeren spanten steken ongeveer een meter boven de bodem uit. Nog goed herkenbaar is de 100 pk Callesen-hulpmotor (gloeikopmotor. De reserveschroef van het schip werd destijds geborgen en vonde een plaatsje bij het Wrakkenmuseum op Terschelling.